NOS Nieuws

Vorig jaar meer stakingen, maar minder werknemers deden mee

Vorig jaar waren er volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek 52 stakingen op de werkvloer, het grootste aantal in meer dan vijftig jaar. Zo'n 17.000 mensen legden het werk neer. De belangrijkste redenen om te staken waren een hoger loon en betere arbeidsvoorwaarden.

Onder de grotere stakingen in 2023 waren die van buschauffeurs en treinmedewerkers in het streekvervoer, die het werk voor meerdere dagen neerlegden. Supermarktketen Albert Heijn zag de omzet tijdelijk dalen door een staking in vijf distributiecentra.

Minder werknemers staken

Het aantal stakingen was vorig jaar dus hoog, maar opvallend is dat het aantal werknemers dat het werk neerlegde niet in gelijke mate meesteeg. Zo waren er in 2022 veel minder stakingen (33) en maar iets minder stakers (16.000).

Stakingen van de afgelopen vijf jaar

Aantal stakingen Aantal stakers
2019 26 318.000
2020 9 105.000
2021 22 28.000
2022 33 16.000
2023 52 17.000

In 2020 hielden nog 105.000 werknemers tijdelijk op met werken, terwijl er in dat jaar maar 9 stakingen werden geteld. Eén van de grote stakingen dat jaar was bij staalbedrijf Tata Steel; de onrust duurde toen zo'n drie weken. Uiteindelijk beloofde de directie geen gedwongen ontslagen door te voeren.

2019 was een recordjaar, toen staakten zo'n 318.000 mensen. Toch waren er in dat jaar 'slechts' 26 stakingen. De records werden toen vooral gevestigd vanwege grote acties in het onderwijs en de zorg. Bovendien was er een grote landelijke pensioenstaking.

Tijdens de pensioenstaking eisten vakbonden dat de AOW-leeftijd bevroren werd op 66 jaar

Het afgelopen jaar waren de meeste stakingen bij industriële bedrijven. Daar waren 28 werkonderbrekingen, waarbij 5000 werknemers betrokken waren. Ook in de handel werd naar verhouding vaak het werk neergelegd.

De meeste arbeidsdagen, ruim 60.000, gingen dan weer verloren bij bedrijven in het vervoer en de opslag.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl